schoorsteenveger

Hoe ik bijna schoorsteenveger werd

Je zult het je vast ook wel ‘ns afgevraagd hebben: “hoe waardevol is mijn werk eigenlijk?” Pas sinds kort ervaar ik weer hoe goed het voelt als je werk op waarde wordt geschat. Dat gevoel was ik namelijk jarenlang kwijt. Ik werd zelfs bijna schoorsteenveger.

Na ruim twee decennia uitstekend werk

Klinkt gek voor iemand die al meer dan twee decennia als freelancer werkt voor zeer tevreden opdrachtgevers, die positieve reacties krijgt van lezers, goede kritieken in de pers en zelfs prijzen heeft gewonnen.

Toch was het zo.

Ik werkte namelijk in de verkeerde branche: de schrijvende pers. Herstel, ik deed het allermooiste werk dat er is. En juist die tweede opvatting (of misvatting) was mijn valkuil.Een kuil die ik zelf had gegraven en inmiddels zo diep was geworden dat ik dacht er nooit meer uit te komen. Ik had mijn hart zo verpand aan de journalistiek en het werk is zo leuk dat ik bereid was om voor een fooitje te werken.

Dat is prima als je net bent afgestudeerd, maar niet als je al twintig jaar goed werk levert en jij en je gezin ervan moeten leven. Om maar te zwijgen over het opbouwen van een pensioen. Wat ik al zei: de verkeerde branche.

Weer een blik nieuwe freelancers opengetrokken

De opleidingen journalistiek en communicatie zijn nog steeds populair. Elk jaar wordt er weer een nieuw blik freelancers opengetrokken, die maar wat graag hun cv opkrikken. Er zijn inmiddels meer journalisten dan krantenabonnees. Het aanbod van freelancers is zo groot en de mediaconcerns maken daar dankbaar en schaamteloos misbruik van.

“Voor jou tien anderen.”

Ze zullen het niet zeggen. Maar ze handelen er wel naar. Het stomme is dat ik nota bene ook in dienstverband voor kranten heb gewerkt, voor een uitstekend salaris. Je doet praktisch hetzelfde werk, maar het verschil in beloning is schrikbarend. Aanvankelijk viel dat mee en kon ik prima leven van het freelancen. Maar sinds internet ons leven bepaalt is het medialandschap volledig omgeploegd en liggen veel freelancers naar adem te happen. Of ze zijn verdwenen. Ik ken heel veel uitstekende journalisten die het mooie vak hebben verlaten.

Tel uit je verlies

Logisch: de tarieven zijn de afgelopen 15-20 jaar gelijk gebleven of zelfs gedaald en het leven is minstens twee keer zo duur geworden. Tel uit je verlies. Iemand die iets minder verknocht zou zijn aan zijn werk had natuurlijk al lang eieren voor zijn geld gekozen.

Maar wat deed deze romantische sukkel: ik bleef me uitsloven voor weer een mooi verhaal. Dat door de krant gretig op de voorpagina werd aangekondigd. Goed voor mijn ego, niet voor mijn portemonnee. Ik heb vaker wel dan niet zitten werken voor een tarief onder het minimumloon. Nogal een verschil met de adviestarieven op de roemruchte tarievenkaart van de NVJ (Nederlandse Vereniging voor Journalisten).

tarieven-journalisten

Volgens de NVJ zou ik met mijn ervaring minstens € 85,- per uur moeten krijgen. Daar kwam bij dat ik zo nodig ook nog af en toe een boek wilde publiceren. Voor diegenen die het plan hebben opgevat dat ook te doen: doe het vooral! Liefst met mij.😉

Het is goed voor je naam en je ego, het is verrijkend en leuk. Maar verwacht niet dat je er geld mee verdient. Dat is op zich niet erg. Maar het werd bij mij wel ernstig toen ik de afgelopen jaren terloops geld van mijn spaarrekening begon over te hevelen naar mijn lopende rekening – om maar niet in het rood te belanden. En ik maar kniezen in mijn kuil.

Ook slecht voor je zelfbeeld

Financieel slecht (of zelfs niet) worden beloond doet ook nare dingen met je zelfbeeld. Daar veranderen al die leuke reacties van lezers (‘wat kun jij toch goed schrijven’) helemaal niets aan.

Wat is mijn werk eigenlijk waard?” vroeg ik mij steeds vaker en wanhopiger af. Ik leed aan het Stockholm Syndroom, ik was gegijzeld door dat prachtige/verschrikkelijke vak. Tot mijn betere wederhelft een ladder in mijn kuil zette; ze is altijd al veel praktischer geweest.

“Nu is het genoeg,” zei ze. “Dit kan zo niet langer, je moet iets anders gaan doen.” Geloof het of niet, maar juist in die periode kwam de schoorsteenveger op bezoek. In een mum van tijd veegde hij onze kachelpijp en ik dacht: goh, dat is ook een mooi vak. Je mag klauteren voor je werk, bent veel buiten, hebt snel resultaat en veel tevreden klanten. En je vangt vijftig euro voor twintig minuten werk; er zijn advocaten die minder verdienen. Nadat ik de schoorsteenveger had betaald via zijn mobiele pinapparaat moest hij snel weer verder, want hij had die dag meer dan twintig klussen. Waarschijnlijk stond ik nog steeds met mijn bek open toen hij wegreed.

Ik begon meteen te Googlen en nog diezelfde dag belde ik met de Algemene Schoorsteenvegers Patroons Bond (ASPB). En ik had mazzel: ik had nog precies één dag om mij aan te melden voor de opleiding tot Gezel Schoorsteenveger. De volgende was pas weer over een halfjaar. Dit kon geen toeval zijn. Dit was duidelijk een teken.

Opeens wist ik het: ik word Gezel Schoorsteenveger!

Ik verdiepte mij in de opleiding, de investering (in tijd en geld) en bedacht: als ik nou eens één dag in de week schoorstenen veeg dan kan ik de rest van de tijd slecht betaalde maar leuke verhalen maken. Maar ik had vooral zin in de prachtige serie die ik over mijn nieuwe werk ging schrijven. Gevolgd door het boek “Mijn avonturen als schoorsteenveger”.

M’n vrouw keek me een beetje meewarig aan toen ik haar over mijn nieuwe plan vertelde. De volgende ochtend zat ik rustig te ontbijten terwijl de regen ons huis geselde. Ik dacht aan de schoorsteenveger die in het donker was vertrokken en alweer een paar uur op pad was en besloot: laat ik maar gewoon blijven schrijven. Maar dan voor bedrijven. Vroeger liep ik daar met een grote boog omheen. Daar kan ik ook niets aan doen. Ik ben namelijk in Utrecht opgeleid op de SvJV, de School voor Journalistiek & Voorlichting.

Opleiding voor betaalde leugenaars

Die opleiding is van oudsher een links bolwerk en die laatste groep was de aartsvijand: voorlichters waren betaalde leugenaars. Toen ik in 1993 begon aan de SvJV bestond de opleiding tot voorlichter nog maar net. Een lang en innig huwelijk werd het niet tussen die twee opleidingen en inmiddels zijn ze alweer uit elkaar.

Toch zou je voor de grap ‘ns moeten turven hoeveel van die idealistische journalisten van weleer tegenwoordig ook aan de andere kant (‘voor de aartsvijand’) werken. Nu ik uit mijn journalistenkuil ben geklauterd en zelf ook over de drempel ben gestapt, begrijp ik heel goed waarom.

Het blijkt veel boeiender te zijn dan ik ooit had kunnen bedenken. En ik hoef mezelf niet eens te verloochenen of mijn principes overboord te gooien. Dus als je een dubieus bedrijf hebt en mij vraagt om een wervend verhaal over je te schrijven dan ben je aan het verkeerde adres. Misschien had ik tot nu toe mazzel, maar ik heb vooral leuke klussen gedaan. Voor ondernemers en organisaties die beseffen dat je een goed en geloofwaardig verhaal moet vertellen.

Nu schrijf ik over luchtreinigers en digiborden

Dus (her)schrijf ik tegenwoordig ook over luchtreinigers, headsets, digiborden en over de bevlogen mensen achter die mooie bedrijven. Het verschil tussen journalistiek en voorlichting is veel kleiner dan ik vroeger dacht. Mijn journalistieke achtergrond en verhalende kwaliteiten blijken juist heel goed van pas te komen in weblogs, nieuwsbrieven, web- of vacatureteksten. En ze worden gewaardeerd. Ik vind dat nog steeds gek: dat mijn werk nu meer wordt gewaardeerd dan door professionals.

Hoe je het ook wendt of keert: het is heel fijn om een meerwaarde te hebben. Om het verschil te kunnen maken en daarvoor een navenant honorarium te kunnen vragen – en te krijgen. Inmiddels zie ik ook wel dat ik het waard ben.

Als jij denkt dat ik met mijn expertise ook jouw (niet-criminele) bedrijf of organisatie kan helpen, dan mag je me mailen of bellen. Maar zoals je inmiddels zult begrijpen: ik doe het niet meer voor een fooi.

PS: Als je elke week mijn weblog in je mailbox wil, kun je je hier gratis aanmelden. En ik beloof plechtig dat de meeste teksten niet zo lang zijn als deze.

 

Auteur: Igor Wijnker
Gepubliceerd op: dinsdag 19 januari 2021

1 reactie

  1. Willem Wiers
    Willem Wiers, 1 februari 2021

    Je hebt er niets aan maar leuk geschreven! 😉 (Maar meen wel oprecht)